APELDOORN - "Ik ben mijn buurmeisje eeuwig dankbaar." zegt de 64-jarige Karel Finke uit Apeldoorn. Dan zet hij muziek op. Uit de speakers schalt 'Mama' van Heintje. Twee vingers van zijn rechterhand gaan omhoog. Twee andere verdwijnen in zijn mond. Loepzuiver en met lange uithalen fluit Finke mee met de klassieker.
"Mijn buurmeisjes leerden mij toen ik 9 jaar was het kunstfluiten", zegt Finke. "Ik had meteen door dat ik de gave had. Ze deden het een paar keer voor en toen had ik het ook te pakken."Vanaf jonge leeftijd trad de Apeldoorner op voor volle zalen. Tegenwoordig kan dat door de corona niet meer. Dat gaat hem aan zijn hart. Thuis oefenen in de woonkamer is er ook niet meer bij sinds zijn vrouw een hersenbloeding had. "Ik kan muziek niet meer verdragen," zegt ze, terwijl ze naar haar hoofd wijst. Maar kunstfluiten is voor Karel zo'n grote passie dat hij het niet heeft willen opgeven. "Ik oefen nu niet meer thuis, maar in de auto. Ik fluit daar mee met de muziek."
Luister hier naar een interview met Karel Finke. De tekst gaat eronder verder
Het kunstfluiten is lang niet meer zo bekend als toen hij als 9-jarige mee begon. Finke hoopt op hernieuwde populariteit: "Ik zag een paar weken geleden ineens op televisie dat kunstfluiten is uitgeroepen tot een muziekinstrument." Vreemd zou je denken, omdat er bij kunstfluiten geen instrument aan te pas komt. Maar Finke wijst op zijn vingers. Eigenlijk is hij zelf het instrument: "Je doet het door je tong dubbel te leggen en dan je vingers erop te leggen en dan moet je blazen "
'Ik ga fluitend door het leven'
Twee jaar geleden moest de 64-jarige een hartoperatie ondergaan. "Ze hebben me voor de dood weggehaald." Sindsdien is hij weer meer gaan kunstfluiten. Dat heeft hem erdoor getrokken: "Je kunt echt zeggen dat ik fluitend door het leven ga," aldus de Apeldoorner.