Veel taken, voorheen provinciale of Rijkstaken, zijn overgeheveld naar gemeenten. Dat overhevelen van taken en geld, ging gepaard met een forse korting. Niet alle gemeenten konden uit met het budget. Het Rijk erkende dat en heeft een stroppenpot ingesteld van 200 miljoen Euro. Gemeenten met grote tekorten op de WMO en de jeugdzorg krijgen geld uit deze door het Rijk ingestelde stroppenpot, 77 gemeenten ontvangen samen die 200 miljoen euro. Apeldoorn ontvangt niets …
Voor de wethouder financiën een hoera, hij blijft binnen de begroting. Maar, juichen de inwoners ook? Dat is mijn vraag. Betekent het zo knap binnen de begroting blijven niet dat onze gemeente wel erg kijkt naar de financiën, en daardoor mogelijk bezuinigd, of te schrale hulp geeft aan cliënten in de WMO of jeugdhulp?
Even twee andere gemeenten die wel geld ontvangen uit deze stroppenpot (gemeenten die meer uitgeven dan het door het Rijk vastgestelde budget).
- Leeuwarden, kleiner dan Apeldoorn, 122.000 inwoners, ontvangt 21 miljoen euro
- Almelo, nog veel kleiner dan Apeldoorn, 73.000 inwoners, ontvangt 6 miljoen euro
Mogelijk voeren de 77 gemeenten die geld uit de stroppenpot ontvangen een optimaal sociaal beleid. Geld in de mensen, minder in stenen.
Mijn conclusie: Apeldoorn is te sober in het sociale domein. Ik zou graag willen dat Apeldoorn de volgende keer ook geld uit de stroppenpot ontvangt. Een overschrijding betekent dat we weer op weg zijn naar de meest ‘sociale gemeente’, een positie – de meest sociale gemeente – die we dankzij het grondbedrijf debacle hebben moeten prijsgeven.
(Bron: NOS, VNG)
